Risico-inschattingstest  

Het risico-assesment ofwel met een eenvoudiger benaming 'de risico-inschattingstest' is een combinatie van de MAG-test en andere nieuwe onderdelen. Deze test is zwaar. Komt er uit deze (nog niet gevalideerde test!) dat je hond een hoog risicogehalte heeft dan krijgt hij een euthanasieadvies. Komt je hond positief uit de test dan is het afwachten tot de zitting waarin de rechter beslist dat hij weer naar huis mag. Vaak is dat onder voorwaarden van een aanlijn- en muilkorfgebod.
Bent u geïnteresseerd in de test, deze is hier te downloaden (pdf bestand)

De risico-inschattingstest heeft minister Verburg in 2008 laten ontwikkelen door een aantal wetenschappers van universiteiten toen besloten werd de Regeling Agressieve Dieren af te schaffen. Het duurt nog een aantal jaren voordat de risico-inschattingstest gevalideerd is. En het is ook nog maar de vraag of het wel mogelijk is de risico-inschattingstest goed te valideren omdat de honden die niet positief uit de risico-inschatting komen worden doodgemaakt.

Minister Verburg biedt deze test vrijblijvend aan alle gemeenten in Nederland aan. De gemeenten kunnen zelf beslissen of ze er gebruik van willen maken of niet. Het is niet alleen een test waar het bijtrisico mee wordt ingeschat. Ook het bijtincident zelf (de ernst, oorzaak en omstandigheden), de mening en de ervaringen van de opslaghouder, de gezondheid van de hond, de leefomgeving en de eigenaar van de hond worden bij de risico-inschatting betrokken.

Dit klinkt redelijk, maar de praktijk leert echter dat de soms zeer vooringenomen mening van de opslaghouder zwaar meeweegt, en de eigenaar er vaak niet eens aan te pas komt. Bovendien wordt er geen rekening gehouden met het feit dat de isolatie in de opslag honden kan traumatiseren en het testresultaat danig kan beïnvloeden. Gedragen deze honden zich angstig en/of agressief en zijn zij daardoor niet benaderbaar voor de tester, dan worden ze hier op afgerekend met een euthanasieadvies. Ook wordt getracht deze honden die duidelijk kenbaar maken dat ze angstig en agressief zijn toch te testen door bijvoorbeeld een pop aan een stok in de kennel te duwen.

De test zelf is veel zwaarder dan de bekende MAG-test. Honden worden in de test geconfronteerd met allerlei voor hen beangstigende situaties. Als de baas er bij is mag hij zijn hond niet onder appèl zetten.

In de test wordt de hond o.a. geconfronteerd met andere honden (of een nephond), wordt er een rubberpop (moet een kind voorstellen) aan een stok opdringerig tegen de hond aangeduwd, gaat een kunststof hand aan een stok de hond aaien en aan de voederbak zitten terwijl de hond zit te eten, komen er mensen op de hond afrennen, wordt de hond door mensen ingesloten en aangestaard, worden er dreigende slagbewegingen gemaakt richting hond en gaan mensen vlak voor de hond vechten. Is de baas erbij dan wordt deze ook nog eens uitgejouwd en bedreigd.
Al die tijd kan de hond niet wegvluchten en mag hij niet agressief reageren. Voor veel honden zijn dit bedreigende situaties en ligt het in hun natuurlijke aard om wanneer ze niet weg kunnen vluchten defensief te reageren.

Het kwalijke van de test is dat de honden niet kunnen vluchten en dat hun lichaamstaal op geen enkele manier wordt gehonoreerd. De integriteit van hun lichaam wordt daardoor grenzeloos aangetast. In feite worden ze gewoon gepest en getreiterd. Bovendien maken veel honden zulke gebeurtenissen (vrijwel) hun hele leven nooit mee. En als ze die al meemaken dan is het een onderdeel, niet een veelvoud ervan. Ook houdt die situatie vrijwel nooit zo lang aan.

Je bent wel erg gek bezig als je een verstijvende en grommende hond - al dan niet bij zijn voederbak - blijft aaien. Er zullen ook weinig mensen zijn die een hond gaan bedreigen, niet voor niets mijden inbrekers een huis met een hond erin en lopen mensen liever even om voor een (opgefokte) hond, zeker als hij naar hun uitvalt. Daarbij komt dat er aan veel gedrag wat te doen valt en dat dat ook helemaal niet zo problematisch hoeft te zijn als de eigenaar er rekening mee houdt en het uit de weg gaat. Zo kun je als je een hond met baknijd hebt hem makkelijk in een aparte kamer laten eten of dit probleem aan gaan pakken. Ook houdt niet iedere hond van kinderen of soortgenoten van zijn eigen sekse. Zolang de eigenaar de hond aanlijnt en muilkorft en dus rekening hiermee houdt is daar niets mee aan de hand.

Het is vreemd dat de honden zonder eigenaar getest worden, terwijl het vaak juist zo afhankelijk van de eigenaar is of een hond ontspoort of niet. Alles staat of valt met het verantwoordelijkheidsgevoel, de mogelijkheden en de vaardigheden van de eigenaar. Als een hond onder appèl of door middel van een geliefde activiteit met zijn eigenaar niet achter een jogger aangaat, daar zelfs niet naar taalt, waarom moet hij dan in z'n eentje getest worden of hij het dan wel doet. Dat is dan toch een heel andere situatie en een op dat moment heel ander soort gemotiveerde hond.

De risico-inschattingstest geeft een oneerlijk beeld vanuit een inbeslagname en zonder dat de baas erbij is. Een hond kan door de inbeslagname getraumatiseerd raken en eenkennige honden maken geen schijn van kans zonder hun baas. Het is bovendien de baas die dient op te treden naar zijn hond toe bij agressief gedrag.

Een risico-inschattingstest zou daarom alleen afgenomen moeten worden vanuit de thuissituatie met de baas erbij. Gemeentes zouden honden in de tussentijd een aanlijn- en muilkorfgebod kunnen opleggen in afwachting van het afnemen van een risico-inschattingstest. En de risico-inschattingstest zou er op de eerste plaats op gericht moeten zijn of en hoe het foutieve gedrag van baas of hond ten goede veranderd kan worden door middel van een opvoedcursus of gedragstherapie inplaats van euthanasie of niet. Bij een ongeschikte baas zou de hond herplaatst dienen te worden.

naar boven